Marjanne van Schothorst

Wellicht ken je de vernietigende invloed van groot kabaal. Je raakt moe en uitgeput van alles wat je hoort, tot je niets meer hoort omdat er zoveel, teveel te horen is. Dan … stilte. Wat gebeurt er op zo’n moment van stilte met jou

Toelichting

Een stukje gedachtegoed wat ik gevormd heb op het gebied van beeldende kunst wil ik met jullie delen, betreffende het spanningsveld tussen abstracte- en realistische kunst. Laatstgenoemde kan men over het algemeen wel waarderen, maar van het eerstgenoemde kan men veelal de zin niet inzien. Mijn ervaring daarentegen is dat abstracte vormgeving je raakt. Dit is een ontdekkingstocht die op mijn vijftiende pas bewust is begonnen, door het leren van vormtaal (bij handvaardigheid), door het zelf doen en door het nabespreken van het gemaakte werk (iets wat bij mijn huidige opleiding nog van groot belang is). Nu wil ik op twee manieren ingaan op dat spanningsveld: door twee abstracte tekeningen met mijn uitleg daarbij en door de dialoog tussen Ab en Relis, waarin ik mijn visie op abstracte- en realistische kunst weergeef.

Tekeningen

Je ziet twee tekeningen, tekening 1 (zie pag. 52) & 2 (zie pag. 53), die je beide een titel kunt geven. Gezien vanuit het bovenstaande geef ik de namen Storm & Stilte. Ze zijn op de volgende wijze ontstaan: Het stormt in mijn hoofd, ik wil iets tekenen voor de lezers van Fundamenteel. Er wordt superkritisch naar gekeken, maar komt het over wat ik wil uitbeelden? Trouwens: wat wil ik uitbeelden? Ik heb genoeg ideeën, maar hoe te beginnen? Alles heb ik bij de hand: houtskool, Oost-Indische inkt, water, penselen en oliepastelkrijt. Weet je, ik begin gewoon.

Tekening 1 ontstaat.

Ik zie,
veel.
Al zoekend,
verlies ik,
mezelf.
STORM

Alles is gebruikt. Toch toont het mij niet wat ik aan jullie wil laten zien. Ik moet keuzen maken om duidelijk te zijn. Ik kies: materiaal – zwarte ecoline en water, gereedschap – twee penselen, nr. 1 en 4, uitvoering – abstract, inhoud – krachtig. Tekening 2 ontstaat.

Ik zie,
niets.
Daarin,
twee figuren,
verbonden.
Vrij!
STILTE

Wat gebeurt er met mij?

Dialoog

De twee figuren in de vrijheid inspireren mij tot het schrijven van de dialoog tussen Ab en Relis over kracht. Ab en Relis zijn voorstanders van respectievelijk Abstracte- en Realistische vormgeving.

Relis: De leeuw als koning van het dierenrijk, vind ik prachtig om te tekenen. Mensen zien daarin de kracht van het dierenrijk vertegenwoordigd.
Ab: Juist, om die kracht weer te geven ga ik na wat daar voor nodig is. Ik kom dan op punten als kracht tegenover zwakte; beweging van die kracht tegenover het verstilde weerloze slachtoffer. Hier zoek ik passende beeldaspecten bij, zoals donker tegenover licht, de vlotte beweging in je hand tegenover het zetten van een nauwkeurige lijn.
Relis: Kijkers zien dan nog geen leeuw voor ogen en kunnen er een heel andere naam aan geven.
Ab: Het is ook niet mijn bedoeling dat ze die leeuw zien, maar de essentie van wat een leeuw ons tonen wil, namelijk zijn kracht die je in actie brengt. Zo kan de kijker hetgeen hij ziet op zijn eigen situatie toepassen. Een kind kan het zijn vader noemen, een boer kan er een regenbui in zien. De kijker gaat beseffen dat er veel krachten in zijn omgeving zijn, waardoor hij hopelijk actie gaat ondernemen.
Relis: Dat brengt nogal wat teweeg. Als kijkers het beeld op hun eigen situatie moeten toepassen dan draag jij een heel grote verantwoordelijkheid voor het beeld dat je de kijker aanbiedt.
Ab: Ik voel die verantwoordelijkheid. Tevens is het een stimulans om kritisch te blijven kijken naar mijn eigen werk. In dat werk wil ik weergeven dat je in feite niets kunt beginnen als je geen kracht ontvangt uit de Kracht zelf. Dit tekent hoe mijn verhouding is tegenover God. Dat zie je terug in de schepping, in hoe de natuur zijn verhoudingen kent, maar ook binnen de beeldende kunst. Denk alleen maar aan hoe kleuren zich verhouden tot elkaar. Bijvoorbeeld groen en rood; een groter contrast is er niet. Veelal worden die kleuren gebruikt als goed en fout; ook twee uitersten.
Relis: Je vertelt nu bij je tekening. Maar als er niemand is om uit te leggen, kan dat goed aan de hand van een realistische voorstelling. Zoals je kracht uit kunt beelden door een leeuw te tekenen.
Ab: De kleuren van de leeuw kunnen zo opgenomen zijn in het geheel of de leeuw zelf zo klein achter in een bos geschilderd, dat men hem amper ziet. Maar aangenomen dat hij duidelijk is te zien, denkt de kijker: “hé een leeuw, wat mooi” en loopt door om verder te kijken. Betreffende persoon is dan niet aan het denken gezet, hij begrijpt niet wat je bedoeling is, al kan hij zich het beeld nog herinneren.
Relis: Als men zich de beeltenis kan herinneren, bewijst dat voor mij dat er contact is. Want beiden, de kunstenaar en de kijker, beogen de leeuw.
Ab: Wat ik doe, is: ik nodig door het beeld, zodat de kijker gaat denken en het beeld op de achtergrond raakt. De kijker gaat de kracht die de schildering uitstraalt zien en gaat zich afvragen waar die vandaan komt. En wat je er tegenover kunt plaatsen. Hopelijk zal de kijker ontdekken dat hij afhankelijk is van de Kracht zelf die ons de krachten geeft. Die de leeuw kracht geeft, die de kunstenaar de kracht geeft om met vormentaal kracht uit te kunnen drukken. Die ook de kijker afhankelijk stelt van Hem, die alleen kracht kan geven. Zo wordt het beeld, de kunst, tot een middel van God gegeven om Hem te eren. Het beeld is dus niet doel op zichzelf.
Relis: Dit is een zeer persoonlijke zaak tussen God en de mens buiten iedere vorm van kunst om. Tussen de Schepper en het schepsel.
Ab: Juist, dan wil je als schepsel met hetgeen ons nog overgebleven is in de schepping de Schepper eren. De kunstenaar doet dat in het werken, de kijker in het kijken en overdenken of bespreken.
Relis: Het doel ligt dus verder dan het afleveren van een mooi kunstwerk. Het gaat om wat de kracht in de leeuw ons te zeggen heeft.
Ab: Ja, om wat de kracht in het beeld ons heeft te zeggen, zonder het beeld eindresultaat te laten zijn.
Relis: Dus om de abstracte vormgeving mogen we een werkstuk niet afwijzen, maar om de zonde die er in weergegeven wordt of om de zondige gedachten die het oproept.
Ab: Dat zijn criteria die gelden voor al het werk dat gemaakt wordt, zowel voor realistische vormgeving als voor abstracte vormgeving.
Relis: Om stil van te worden.
Ab: En door te laten dringen.

Tekening 1

Tekening 2